Je buurt gastvrij voor hommel en bij met een eigen bijenrestaurant of bijensnackbar.

 

De meesten van ons weten inmiddels dat het niet zo goed gaat met hommels en bijen. Nu is de afgelopen jaren gebleken dat bijen en hommels het vrij goed doen in de stad. Het gebruik van pesticide is in de stad enorm gedaald de laatste jaren en er is, zeker vergeleken met landbouwgebieden, steeds meer voedsel aanwezig, mede door een nieuw gemeentelijk groenbeleid. In Amsterdam is het aantal soorten wilde bijen afgelopen jaren daardoor met 20% toegenomen . Dat is een mooi resultaat. Maar hoe maken we het verblijf van al deze unieke soorten bijen en hommels in de stad zo aangenaam mogelijk?

Er zijn twee soorten bijen: wilde of solitaire bijen en honingbijen. Deze laatste leven in een volk en worden verzorgd door een imker. Van de wilde bijen staan diverse ondersoorten inmiddels op de rode lijst. Met hommels is het al niet beter. En ook honingbijen blijken kwetsbaar: volken sterven, verdwijnen of raken verzwakt door allerlei factoren.

Bijen- of insectenhotels

Steeds meer mensen voelen zich geroepen om bijen en hommels te helpen. Zo zie je bijen- of insectenhotels ontstaan: een verzameling rietstengels of een blok hout met gaatjes of soms zelfs een hele kast, waar wilde bijen in kunnen nestelen. Wat de meeste mensen zich niet realiseren is dat maar 15 tot 20% van de wilde bijen daadwerkelijk broedt in dit soort nestgelegenheden. De overige soorten wilde bijen alsook hommels verkiezen liever een zandhoop, rommelig hoekje, een oud muizen- of vogelnest, nestkastje, schuurtje of composthoop. En vestiging is bovendien afhankelijk van voldoende voedsel. En juist daar kan iedereen bij helpen.

Honingbijen en hommels kunnen grote afstanden afleggen om voedsel te verzamelen. Wilde bijen zijn veel honkvaster en vliegen niet ver. Een ideale situatie voor beide is een omgeving waar zeg elke 50 tot 100 meter iets voor ze te eten valt. Vergelijk het met een tankstation waar je onderweg naar Frankrijk zo nu en dan stopt om bij te tanken. Dit eten, met een mooi woord dracht genoemd, bestaat uit nectar (waar honingbijen honing van maken) en stuifmeel (nodig voor het uitgroeien van ei tot insect). Niet alleen bloemen maar ook bomen kunnen een goede drachtleverancier zijn.

Onze omgeving groener maken

Wij stadsbewoners houden ervan om onze omgeving te vergroenen. Als we hierbij extra aandacht besteden aan drachtplanten creëren we tegelijkertijd een gezonde voedselvoorziening voor bijen en hommels. We kunnen heel eenvoudig een bijenrestaurant of bijensnackbar aanleggen, waar insecten kunnen komen eten of snoepen. Een luxe geveltuin in de lente en zomer doorlopend gevuld met wisselende drachtplanten is een prachtig driesterrenrestaurant, maar ook plantenpotten of bloembakken met eenjarigen of struikjes maken een heerlijke snackbar voor ze.

Om te weten wat er voor nodig om is voor bijenhoreca zijn allerlei boeken en websites voorradig  en worden er cursussen gegeven. Ook zijn er genoeg plantenverkopers die kennis van zaken hebben. Je hoeft dus geen plantendeskundige te zijn. Je kennis groeit vanzelf.

Basistips

  • niet alle struiken, bloemen en bomen zijn interessant voor bijen en hommels. Magnolia en tulpen bijvoorbeeld geven geen voeding. Kijk naar de website drachtplanten.nl voor een mooi overzicht van wat wel interessant is om aan te planten.

  • Wilde bijen en minder gangbare hommels zijn vaak wat kieskeuriger in wat zij eten: hoe kieskeuriger, hoe zeldzamer. Sommige soorten, zoals de gewone slobkousbij, beperken zich zelfs tot een bepaalde plant of bloem, in dit geval de wederik. Verdwijnt deze, dan is de bij of hommel ook snel verdwenen. Die uitnodigen en houden kan dus een mooie uitdaging zijn.

  • Dracht wordt afgegeven in een bepaalde periode. En dan ook nog niet de hele dag door, zodat je maar op een bepaald tijdstip hommels en bijen bij je plantjes ziet. Wil je insecten langer verwennen, dan zul je moeten variëren. Sneeuwklokjes bloeien vroeg in het jaar, Paardenbloemen zijn er tussen maart en mei, Klaver tussen juni en september en Klimop tussen augustus en september. Een ideaal restaurant zorgt er voor dat zijn gasten het hele seizoen door verwend worden.

  • Als je planten koopt, pas dan op voor bestrijdingsmiddelen die veel kwekers gebruiken tijdens de groei van de plant. We zijn ons daar meestal niet van bewust omdat het niet zichtbaar is, maar zelfs zaden en bollen kunnen ongemerkt in gif zijn gedoopt waardoor ze alsnog niet goed zijn voor insecten. Zo kwam vorig jaar in het nieuws dat sommige in potentie aantrekkelijke drachtleveranciers als Sneeuwbal en Skimmia zo onder de pesticiden zitten dat bestuivende insecten er uiteindelijk niets aan hebben omdat ze helemaal niet bijvriendelijk meer zijn . En zeg eerlijk, dat wil je toch zelf liever ook niet in je omgeving hebben staan? Vraag de verkoper naar de herkomst van de plant. Plantenmarkten zoals op het Amstelveld hebben steeds vaker biologische kwekers die bijvriendelijke planten verkopen.

[i] http://www.amsterdam.nl/toerisme-vrije-tijd/groen-natuur/nieuws/amsterdam-bijen/

[ii] Zie voor een goed overzicht www.drachtplanten.nl waar ook allerlei linkjes staan naar andere nuttige websites. Verder is het boek van Arie Koster aan te raden: Plantenvademecum voor tuin, park en landschap (Fontaine 2007) met cd-rom.

[iii] http://www.radartv.nl/uitzending/artikelen/detail/article/toxic-three-de-drie-giftigste-sierplanten-uit-tuincentra/